Frances Schilder

"Een aantal leerlingen heb ik nu al voor het derde jaar. En ja, die zie je wel echt ontwikkelen."

Frances Schilder is docent Wiskunde op Werenfridus. Ze werd geïnspireerd door haar eigen docent en geeft inmiddels de onder- en bovenbouw les. Of ze haar collega’s leuk vindt? Ze gaan zelfs een weekend weg samen.

Waarom werk je in het onderwijs, Frances?

“Nou, in eerste instantie wilde ik nog niet in het onderwijs. Dat kwam pas vanaf de vijfde, zesde klas. Toen werd ik best wel geïnspireerd door mijn toenmalige wiskundedocent. Ik vond het eigenlijk altijd al heel erg leuk om met kinderen te werken. Ik heb ook vaak zomerkampen gedaan en toen kwam wel steeds meer die ambitie om met wat oudere jeugd aan de slag te gaan en ze wat bij te brengen.”

En waarom dan de keuze voor wiskunde?

“Ik vind wiskunde best wel een stapelvak. Je begint eigenlijk bij bijna niets. We leren een beetje rekenen op de basisschool en je gaat steeds een stapje hoger om uiteindelijk naar het eindexamen toe te werken natuurlijk. De vijfde en zesde klas, daar zit echt wel heel veel verdieping in. Wat ik heel erg leuk vind om ze te leren. Economie zou ook nog leuk zijn, maar voor nu hou ik het op wiskunde.”

Welke leerjaren geef je les?

“Klas 1 tot en met 5 op het moment. En nu voor het tweede jaar een examenklas havo. Daar ben ik dit jaar ook mentor van. Dat is echt wel heel erg leuk. Ik ben nu al nieuwsgierig naar hun eindpraatjes, hoe ze uiteindelijk slagen en waar ze allemaal naartoe gaan. Want dat is nu eigenlijk wel een spannende tijd. En volgend jaar ga waarschijnlijk mee met 5 vwo naar hun examenjaar.”

Hoe is jouw band met de leerlingen?

“Goed! Ik vind de band ook heel erg belangrijk, dus daar doe ik wel echt m’n best voor. We hebben veel individuele gesprekjes, zowel tijdens de les als daarna. In de pauzes komen sommige leerlingen even buurten om een praatje te maken. En ik geef complimentjes. Niet te veel, want ze moeten ook niet naast hun schoenen gaan lopen. Sommige jongens hebben daar nog wel een handje van, dat ze dan een beetje macho gedrag gaan vertonen, maar over het algemeen doet het wel goed als je een complimentje geeft.”

Wat maakt het werken op Werenfridus uniek voor jou?

“De meeste leerlingen werken hard, willen graag en zijn beleefd. Ik ga daardoor eigenlijk wel met plezier naar iedere les. En als docent wordt je hier best wel vrijgelaten. Je krijgt ruimte om jezelf te ontwikkelen, bijvoorbeeld om cursussen te volgen of bij andere collega’s te kijken. Ook de begeleiding vanuit de docentencoaches, als je hier het eerste jaar komt werken, is heel erg prettig. Je komt dan in een groep met allemaal lotgenoten die ook hier voor het eerste jaar werkzaam zijn. Je wordt dan een beetje wegwijs gemaakt door de school. En dat heb ik nog niet eerder meegemaakt, dat dat zo goed geregeld is.”

Je werkt hier inmiddels drie jaar, hoe is dat dan nu met de begeleiding?

“De begeleiding zit nu vooral in het contact met je vakgroep. We hebben best wel veel contact met elkaar in de sectie. In principe hebben we om de week een overleg over alle lopende zaken. Maar we bespreken ook hoe we bepaalde stoffen uitleggen en kijken bij elkaar in de les. Daar leer je ook heel veel van. Er zijn wat oudere docenten die met pensioen gaan, dus daar is straks ook weer ruimte voor nieuwe collega’s met nieuwe inzichten. Al kun je natuurlijk ook weer van de ervaren, oudere generatie leren. Het is echt een wisselwerking in de vakgroep, dat vind ik eigenlijk wel leuk.”

Heb je verder veel contact met andere collega’s?

“We hebben ook teams op Werenfridus. Ik zit nu in het team van de havo bovenbouw en daar hebben we het specifiek over de leerjaren havo 4 en 5. Wat er misgaat in die groepen, maar ook juist wat er goed gaat. Want ja, bij sommige collega’s werkt een groep nou eenmaal prettiger dan bij een andere collega en dan kun je misschien tips uitwisselen over hoe je bepaalde dingen aanpakt. Het is hier best wel een gemêleerd gezelschap. We hebben veel oudere collega’s, maar ook inmiddels heel veel jonge docenten. Dat komt nu echt wel op. En ja, in de pauze is dat ook eigenlijk wel gezellig. Ik zit vaak aan de ‘wat jongere’ tafel en dat zijn docenten uit allerlei verschillende vakgroepen. Dan heb je ook wel leerlingen die ook bij de ander in de klas zitten en dan kun je ook overleggen.”

En buiten het werk, zien jullie elkaar dan ook?

“Er is sowieso aan het eind van het jaar een borrel, dus net voor de kerstvakantie. Dan stellen we ons kerstpakket samen en sluiten we vaak met z’n allen af. Met collega’s spreken we af en toe wel af. Dat komt ook door de nieuwe docententraining in het eerste jaar. Ik ben met een aantal wat jongere collega’s gestart in mijn eerste jaar hier en die band is toen gewoon heel erg hecht geworden. Afgelopen zomer zijn we bijvoorbeeld een weekendje naar Keulen geweest, dat was echt wel gezellig. We zijn nu eigenlijk alweer aan het kijken wanneer we dat weer in kunnen plannen. Met vrienden en vriendinnen uit je privéleven is dat toch weer anders. Die zijn niet allemaal docent, dus die hebben wat minder vakantie. Dan is het ook leuk als je af en toe wat kunt doen met je collega’s.”

Hoe is jouw balans tussen werk en privé?

“Ik vind het wel prettig om iets verder van mijn dorp af te werken, zodat je wat minder leerlingen tegenkomt in je privéleven en dat makkelijker gescheiden te houden. Op dit moment scheel ik nog niet zo heel veel met die leerlingen, dus ja, is de kans groot dat je in hetzelfde vaarwater zit. Verder probeer ik zoveel mogelijk op mijn werk te doen. Dus ik blijf hier vaak tot een uur of vijf, zodat het werk werk blijft en privé privé. En dat het weekend gewoon gezellig kan zijn zonder werk. Al vind ik mijn werk wel heel erg leuk.”

Wat zijn je momenten die je zijn bijgebleven?

“Nou, ik heb nu nog mijn havo-examenklas als mentorgroep. Een aantal leerlingen heb ik nu al voor het derde jaar. En ja, die zie je wel echt ontwikkelen. Die voelen zich ook steeds vrijer. Aan de ene kant is dat prettig, aan de andere kant kan het ook wat minder zijn. Vorig jaar kwam er eentje sneaky met een sneeuwbal de les in. Dat was eigenlijk wel grappig, maar hij heeft hem ook snel weggedaan hoor. En ik had net een praatje over de examenstunt. Ik mocht absoluut niet zeggen wat het zou worden, maar het is wel leuk dat ze alvast met je delen wat ze van plan zijn. En ze zeiden nu nog dat ze me zouden sparen. Maar ja, of dat echt gebeurt, dat weet ik niet.”

Waar ben je het meest trots op tot nu toe?

“Op de middelbare school vond ik het best wel spannend om te presenteren. Bij een groot werkstuk moesten we in de aula met een groepje van vier presenteren en toen klapte ik helemaal dicht. Er kwamen geen woorden uit. En ja, dat je dan nu toch vrij zelfverzekerd voor de klas staat, dat is wel een stap waar ik zelf trots op ben.”

Wat is jouw tip voor nieuwe docenten?

“Blijf vooral jezelf. Want een hele dag een toneelstuk opvoeren, dat wordt hem niet. De leerlingen accepteren je denk ik ook het meeste als je gewoon het dichtst bij jezelf blijft. En blijf praten met de leerlingen. Vraag wat ze nodig hebben. Af en toe om feedback vragen, is vaak wel zinvol.”

Video afspelen

Share:

Share

Word jij mijn collega?

Bij het Tabor College vinden we het belangrijk om respectvol samen te werken om zo te blijven leren en ontwikkelen en van en met elkaar te leren. Past dat bij jou?

Meer ervaringen

Pascal de Haas

"Ik wilde niet zomaar Geschiedenis geven. Juist het tweetalige aspect vind ik interessant."

Rolinda Sijm

"Ik vind het belangrijk dat leerlingen zich welkom voelen en dat ze altijd bij mij langs kunnen komen."

Younes Bekkaoui

"Probeer vooral geen rol te spelen. Leerlingen prikken daar heel makkelijk doorheen."
Tabor College bestaat uit drie locaties: